Het Lichaam – Moertjes en Boutjes. Deel 2.

Gepubliceerd door hetlichaaminbeweging op

Het Lichaam - Moertjes en Boutjes. Deel 2.

Actief weefsel.

Now we’ve arrived at the meat of the story: spieren. Het spierweefsel zet het skelet in beweging, pompt vloeistoffen rond en maakt talloze lichaams- en gezichtsuitdrukkingen mogelijk waarmee we onze communicatie en emoties net dat extra stukje overtuigingskracht kunnen meegeven.

Spierweefsel wordt onderverdeeld in drie categorieën: glad en dwarsgestreept spierweefsel, ofwel bewust aan te sturen skeletspieren en spiervezels die autonoom bewegen zoals in de luchtwegen, darmspieren en de spierlusjes om het vaatstelsel. En hartspierweefsel, wat het meeste lijkt op dwarsgestreepte spiervezels, alleen is onze bewuste geest er niet toe in staat om de pompfunctie opzettelijk te beïnvloeden en hierdoor valt de hartspier in zijn eigen categorie—mediteer daar maar eens op.

De spieren waarmee we onze dagelijkse activiteiten uitvoeren noemen we: skeletspieren. Dit is een intrigerend stelsel van kabels bestaand uit ongeveer 650 onderdelen—zo, zo! En hoewel het vast indruk maakt op een verjaardag wanneer je weet waar de m. sternocleidomastoideus ligt en wat zijn individuele functie is, is dat behoorlijk overbodige kennis wanneer je wilt weten wat zijn praktische toepassing is.

Wat je daarin wel helpt is om de natuurlijke functie, toepassing en samenwerking van een spier(groep) te kennen. Schroeven draaien doe je met een schroevendraaier; met een hamer een stuk hout doorzagen is behoorlijk lastig, maar diezelfde hamer is uitermate geschikt om er spijkers in te slaan. Simpel: ken de functie, weet de toepassing, maar bovenal: beheers de vaardigheid om het voorwerp of de lichaamsstructuur te kunnen gebruiken. Weten waarvan gereedschap is gemaakt is leuk, maar ze op de juiste manier beheersen en inzetten, daar ligt de echte kunst!

Transport &...

Al het actieve en passieve weefsel heeft energie, bouwstenen en schoonmaakdiensten nodig voor optimale werkomstandigheden. Daarvoor heeft het lichaam leidingen aangelegd die transport mogelijk maken: de vaatstelsels. Deze bloedvaten en lymfevaten zijn de buizen waar lichaamsvloeistoffen doorheen worden gepompt en wat de toevoer en afvoer van voedings- en afvalstoffen verzorgt.

Een belangrijk punt is dat de capaciteit, de volledigheid en de effectiviteit waarmee de vloeistoffen rondcirculeren, mede afhankelijk is van de intensiteit, variatie en frequentie waarin je beweegt.

Want, niet alleen het hart en de kleine vaatspiertjes pompen lichaamsvloeistoffen rond, maar het aan- en ontspannen van skeletspieren draagt daar in grote mate aan bij. Tevens helpt gevarieerd en frequent bewegen om vloeistoffen tot diep in de haarvaten te ‘masseren’ zodat elk hoekje, gaatje en celletje in het lichaam wordt verzorgt. Een zeer belangrijk effect van beweging!

...Communicatie

Als laatste het communicatie netwerk, het internet van het menselijk lichaam: het centraal- en perifeer zenuwstelsel. Bij het centraal zenuwstelsel horen de hersenen en het ruggenmerg en hoewel er vaak wordt gezegd dat we een ‘spiergeheugen’ hebben, zit dat ‘geheugen’ toch echt tussen onze oren—niet figuurlijk gesproken.

Het centraal zenuwstelsel is het controle of commandocentrum van ons beweegapparaat. Zonder de hersenen en de beweegprogramma’s die daarin liggen opgeslagen, zijn we enkel in staat tot reflexmatige beweegfuncties, zoals het terugtrekken van je hand wanneer hij dreigt te verbranden, peesreflexen, of reflexen zoals geeuwen en niezen.

In zo’n beweegprogramma staat de organisatie van een activiteit beschreven, welke spieren en gewrichten erbij nodig zijn, hun stand, beweging en mate van activiteit. Het brein kun je zien als de chauffeur van het voertuig, de dirigent van het orkest, of de monteur die het gereedschap hanteert.

Het perifere zenuwstelsel is de verbinding tussen het centraal zenuwstelsel en de uitvoerende weefsels, zoals spieren of organen. Hoewel het een eigen label heeft en het daardoor een apart, losstaand systeem lijkt, is het een continuering van het centrale systeem en zijn alle zenuwbanen ononderbroken verbonden met de hersenen. Net als het actieve en passieve weefsel is het een dynamisch systeem. Dit betekend dat een zenuwbaan in lengte kan veranderen en kan krimpen wanneer het onvoldoende op lengte en in beweging wordt gezet.

Een paar leuke feitjes voor op verjaardagen: het lichaam heeft meer dan 100 miljoen meter(!) aan vaatstelsel, variërend van 3 cm in de aorta, tot de dikte van een haar in de diepste takjes en een zenuwsignaal kan een snelheid van maar liefst 120 m/s, ofwel 432 km/h behalen!

Samenvattend

De vaardigheid van een timmerman, meubelmaker of mechanicus is vooral afhankelijk van zijn praktische kennis en de kwaliteit en nauwkeurigheid waarmee hij zijn gereedschap weet te hanteren—hij heeft geen diepgaande kennis van de samenstelling van het instrument zelf nodig.

Goed bewegen vereist dus niet dat je alle ins en outs van je lichaamsweefsels kent, maar dat je weet wat hun toepassing is, hoe je ze het beste kunt gebruiken en wat ze gezond houd. Wil meer optimaal kunnen bewegen, schade aan je beweegapparaat voorkomen en kleine defecten kunnen herstellen, dan heb je kennis nodig over welke weefsels je in huis hebt, wat hun natuurlijke functie is en hoe je ze moet verzorgen.

Met meer functionele kennis en praktisch inzicht van je lichaamsweefsels, helpen je om ze met meer intentie en vaardigheid te kunnen inzetten; je voorkomt verkeerd gebruikt; en het geeft je de mogelijkheid om er goed voor te zorgen. Want ja, hoewel de medische wereld soms wonderen kan verrichten, heb je maar één lichaam en jij bent de expert met de meest geavanceerde tools in huis om het apparaat in beweging te houden.